02.04.2019
Recensie Grace à Dieu
François Ozon, een van de grootste hedendaagse Franse cineasten, specialiseerde zich de voorbije dertig jaar in relatiedrama’s, theatrale komedies, Hitchcockiaanse thrillers en literatuuradaptaties. Met Grâce à Dieu waagt hij zich voor het eerst aan een docudrama. Het is meteen ook een film die een schop wil uitdelen aan de katholieke kerk die van oudsher seksueel misbruik in de doofpot stopt.
Ozon heeft het meer bepaald over de zaak Preynat. Enkele jaren geleden verenigden enkele jonge veertigers in Lyon zich om priester Bernard Preynat voor de rechter te slepen. De geestelijke had zich in de periode 1986-1991 aan hen, toen ze nog scouts waren, vergrepen. De zaak werd zonder gevolg geklasseerd, maar de slachtoffers spanden een nieuwe zaak aan tegen kardinaal Barbarin die de pedofiel in functie had gehouden en de affaire wilde laten doodbloeden.
De regisseur vond een interessante structuur om zijn film aan op te hangen. Hij vertrekt van een centrale protagonist, de zeer katholieke Alexandre (Melvil Poupaud), die door een klein incident besluit om zijn familie in te lichten over het feit dat hij als scout misbruikt werd door Preynat. Hij kaart de zaak aan bij kardinaal Barbarin, die een wrange confrontatie met de pedofiel organiseert. Vijftig minuten in de film springt het relaas plots naar een tweede protagonist met gelijkaardige ervaringen en tenslotte naar een derde en een vierde. Hun individuele verhalen smelten uiteindelijk samen zodat de groep slachtoffers in het laatste uur één personage vormt.
Ozon blijft met zijn verhaal dicht bij de realiteit. Hij houdt het drama heel ingetogen en sereen. Preynat wordt niet als een monster voorgesteld, maar als een zielig stukje mens en Barbarin lijkt meer op een intelligente politicus die zijn kerkfabriek proper wil houden dan op een ultraconservatieve geestelijke die geen inmenging van het gerecht duldt. In de finale scènes krijgt al wie tegen dan nog niet overtuigd is van smerige praktijken binnen de katholieke kerk nog een debat rond uittreding als protestmiddel van de slachtoffers. En in de laatste shots stelt de regisseur de toeschouwer onrechtstreeks de vraag of een gelovige wel kan blijven geloven na zo’n onverkwikkende zaak.
Op dat laatste moment voel je heel nadrukkelijk wat je de hele film al hebt gevoeld: Ozon is extreem voorzichtig. Bang dat hij fanatieke kerkgangers voor het hoofd zou stoten? Of dat hij een te woedende film zou maken, wat zou indruisen tegen zijn intellectuele ingesteldheid? In feite had hij wat meer zijn tanden moeten laten zien. Hij is scherp en verontwaardigd, maar enkel in zijn dialogen. Wat de regie en het acteren betreft, blijft hij afstandelijk en rustig. Die vuist op tafel is er wel, maar de bonk doet je nooit opschrikken.
>>Klap
François Ozon buigt zich in zijn eerste docudrama over de trauma’s van de slachtoffers van een pedofiele priester in Lyon en de woede tegen kardinaal Barbarin die de zaak in de doofpot wilde stoppen. Het Franse neefje van Spotlight.
Regie François Ozon
Cast Mevil Poupaud, Denis Ménochet, Josiane Balasko
Speelduur 2u17
Vanaf 3 april in de bioscoop