18.07.2014
LEZERSRECENSIE: Palo Alto
Er zijn zo van die families waar je zelf zou willen toebehoren omdat zowaar élk lid van die familie lijkt te bulken van het talent. Neem nu de Coppola’s: na Francis Ford en Sofia krijgen we met Gia en haar debuut Palo Alto de derde generatie Coppola voorgeschoteld. En hoewel er gediscussieerd kan worden over de kwaliteit van de verschillende films die de clan ons al heeft voorgeschoteld, staat er één iets buiten kijf: interessant is het eindresultaat altijd.
Op papier leek ook Palo Alto buitengewoon interessant, want het betreft een bewerking van het eerste boek met kortverhalen van James Franco. Spilfiguren zijn Fred, een toch vooral vervelend joch die voor de fun tegen muren aanrijdt; Teddy die een verkeersongevalletje veroorzaakt na dronken achter het stuur te kruipen; en April, de verlegen hinde die het aanlegt met haar voetbalcoach. In het midden van een blockbusterzomer klinkt dat een stuk aanlokkelijker dan pakweg Transformers 4.
Helaas wordt het potentieel van de film nooit echt benut. De personages leven niet, het lijken meer karikaturen dan personages met wie we kunnen meeleven vanwege hun herkenbare belevenissen. (Hét grote verschil met Boyhood). Fred is een klier, maar we komen niet te weten waarom hij zich gedraagt zoals hij zich gedraagt. Hetzelfde voor Emily, de blonde slet zonder vriendinnen. De materie wordt aangeraakt, maar niet uitgewerkt.
Gia pretendeert met Palo Alto heel wat te vertellen over hoe moeilijk het is om tiener te zijn, hoe getroebleerd ze zijn en hoeveel druk er op tieners ligt om zo snel mogelijk ontmaagd te worden en het nadien met zoveel mogelijk jongens/meisjes ‘te doen’ gewoon omdat het kan. Of omdat het moet, natuurlijk. De druk ook om te presteren, denk bijvoorbeeld aan de scène waarin April op consultatie moet voor studieadvies, nog niet weet wat ze wil doen en dan te horen krijgt dat het toch zo stilaan tijd wordt om een richting te kiezen, “want binnen enkele jaren is het al zover.” Dat zijn allemaal wel dingen die waar en interessant zijn, maar Gia rukt zich daarbij zelden of nooit van de clichés van de voortdurend drinkende, rokende en neukende tieners los.
Het interessantste aspect van heel het project is nog de stille onuitgesproken romance tussen Teddy en April. De twee verlegen tieners die duidelijk iets voor elkaar voelen, maar dat op geen enkel moment durven uitspreken. Figuranten zijn in elkanders leven zonder dat er echte raakpunten zijn. Dat de twee acteurs die gestalte geven aan April en Teddy (Emma Roberts en Jack Kilmer) beide relatieve nieuwkomers zijn, belooft nog veel goeds voor de toekomst.
Gia Coppola is ook een naam om in de gaten te houden, alleen zou ze beter bronmateriaal aangereikt moeten krijgen als ze ook echt iets wil gaan betekenen. Waar Sofia Coppola met haar Somewhere pretendeerde niets te vertellen te hebben, maar eigenlijk precies het omgekeerde deed, pretendeert Gia Coppola met Palo Alto heel wat te vertellen te hebben, maar zegt ze eigenlijk weinig of niets. Volgende keer beter?