16.02.2018
Crème de la crap: The Disaster Artists
Kwaliteit? Allemaal goed en wel, maar niets schept een hechtere band dan samen genieten van pure, onversneden crap. James Franco maakte The Disaster Artist over The Room, een van de ultieme goede slechte films. Maar dat is lang niet de enige guilty pleasure voor cinefielen.
Plan 9 from Outer Space (Ed Wood, 1959)
https://www.youtube.com/watch?v=KaE7lm1ObGM
Dit scifi-onding over aliens die zombies en vampiers tot leven wekken, is het twijfelachtige magnum opus van snertmaestro Ed Wood. Het is moeilijk om géén affectie te voelen voor een film waarin de draadjes van de vliegende schotels zo duidelijk zichtbaar zijn. Waarin de kartonnen decors zo vervaarlijk wiebelen wanneer de personages een deur dichtdoen. En waarin pareltjes van dialogen zitten, zoals: ‘Future events such as these will affect you in the future!’
De schat van de zeerover (Jef Nys, 1968)
Striptekenaar Jef Nys rekruteerde zijn halve familie om enkele zondagen de Kempen in te trekken en daar zijn eigen Jommeke-album te verfilmen. Dat werd een aandoenlijk stukje huisvlijt. Trouw aan zichzelf zette Nys élke tekening uit het album in scène. De vier minuten durende sequentie waarin Jommeke en Filiberke in dezelfde twee duinen heen en weer lopen, diende naar verluidt als inspiratie voor Gus Van Sants Gerry. Enfin… of niet, hè.
Howard the Duck (Willard Huyck, 1986)
https://www.youtube.com/watch?v=u6hDf5cCUJw
Nadat hij het scenario van Indiana Jones and the Temple of Doom had geschreven, mocht Willard Huyck van George Lucas een nieuwe blockbusterfranchise in gang trappen, waarin de legendarische Marvel-eend centraal zou staan. Wat kon er misgaan? Behoorlijk wat, eigenlijk. Bleek dat de wereld niet zat te wachten op een film waarin Lea Thompson een vuilbekkende antropomorfe eend versiert. Go figure.
Miami Connection (Richard Park & Y.K Kim, 1987)
Die premisse alleen al: een rockband die gespecialiseerd is in martial arts neemt het op tegen een bende drugdealende ninja’s op motors. Wow. In de actiescènes zwieren personages een been vaagweg naar hun tegenspelers, waarna zich gedienstig op de grond laten vallen. Zo mogelijk nog grappiger: de bromance tussen de bandleden. Hoe ze allemaal in slow motion staan te springen wanneer een van hen na jaren een brief krijgt van zijn vader, is wondermooi.
The Garbage Pail Kids Movie (Rod Amateau, 1987)
‘De eerste film ooit gebaseerd op ruilkaartjes!’ was destijds de tagline van deze film over zeven walgelijke aliens die uit een vliegende vuilnisbak komen. Dat hij razendsnel en spotgoedkoop werd gemaakt, zie je eraan. Onze favoriete scène: een cafégevecht waarin een van de creaturen een dozijn vechtersbazen steil achterover laat vallen door een scheet in hun gezicht te laten. Het kan niet elke dag Andrej Tarkovski zijn.
Troll 2 (Drake Floyd, 1990)
‘Aha, een vervolg op Troll?’ horen we je denken. Logische conclusie, maar nee! Deze low budget horrorfilm heeft niets met het origineel te maken. Er komen zelfs geen trollen in voor, maar de eerste film had geld opgebracht, dus waarom niet de titel kapen? Een gezin gaat op vakantie naar een dorp vol goblins (lees: dwergen in weinig overtuigende pakjes) en raakt verzeild in het soort situaties waarin kinderen op eten plassen en mensen oplossen in groen slijm.
Showgirls (Paul Verhoeven, 1995)
Na het succes van Basic Instinct beloofde Paul Verhoeven dat hij nóg verder zou gaan. En zo geschiedde met dit ongegeneerd campy melodrama over een stripdanseres in Las Vegas. Een beetje All About Eve, maar dan met gratuit naakt in elke scène en een moment waarin een kerel ontdekt dat het hoofdpersonage wel degelijk haar regels heeft door even met zijn vingers te checken. Verhoeven omschrijft de film nu als een satire die niemand destijds snapte. Zo kun je het ook uitleggen.
The Wicker Man (Neil LaBute, 2006)
https://www.youtube.com/watch?v=0Pe4GzksYI8
Nicolas Cage was zelden meer uncaged dan in deze potsierlijke remake van de gelijknamige Britse cultfilm uit 1973. De meest van de pot gerukte scènes zijn intussen YouTube-goud geworden, inclusief eentje waarin Cage flipt bij het zien van een verbrande knuffel. Nochtans bedoelde LaBute het allemaal heel serieus. Het verhaal, over een flik die op een volledig door vrouwen geleid eilandje een verdwijning onderzoekt, wordt in zijn handen een soort feministische satire over de mannelijke angst voor vrouwelijkheid. Maar dan wel eentje waarin Nicolas Cage zich verkleedt als teddybeer en meisjes knock-out slaat.
The Room (Tommy Wiseau, 2003)
Het eerste dat iedereen denkt die een interview met Tommy Wiseau bekijkt, is: ‘Mijn God, die vent is écht zo.’ Dat accent en dat onberekenbare gedrag: dat acteert hij niet. Wiseau praat én regisseert alsof hij een alien is die menselijk gedrag wel heeft bestudeerd, maar nog niet goed snapt. Gevolg: scènes zoals die waarin Wiseau iets vertelt over een belangrijke deal in de bank waar hij werkt, gevolgd door een nonchalant: ‘Anyway, how’s your sex life?’ Want zo praten mensen. Kennelijk.
Fateful Findings (Neil Breen, 2013)
Een film die door het Seattle Film Festival werd omschreven als ‘David Lynch meets Tommy Wiseau’. Van een verkoopsargument gesproken. Neil Breen was een makelaar in onroerend goed die op eigen houtje films begon te maken en bij Fateful Findings instond voor regie, productie, scenario, hoofdrol, montage, make-up, geluid en zelfs catering. Het verhaal gaat over een paranormaal begaafde schrijver die ook een hacker is en uit idealisme ‘alle smerige overheidsgeheimen’ bekendmaakt. Dus min of meer Edward Snowden, maar dan met bovennatuurlijke gaven, een lijzige stem en slechts één gezichtsuitdrukking.