Nadat uitgeverij Hachette onder druk van haar personeel de publicatie van Woody Allens memoires Apropos of Nothing schrapte, heeft Arcade Publishing het boek zonder veel fanfare uitgebracht.

In een voetnoot schrijft Allen dat Hachette zich er van bewust was dat hij een ’toxische paria en een bedreiging voor de maatschappij’ is. “Toen er kritiek kwam hebben ze het boek gedumpt alsof het een stuk kernafval was,” voegt hij eraan toe.

Hachette lag onder vuur omdat Allen door zijn stiefdochter Dylan Farrow beschuldigd wordt van aanranding. Volgens Allen zijn de aantijgingen het resultaat van een wraakactie door zijn ex-vrouw Mia Farrow. Hij vergelijkt haar met Ahab uit Moby Dick.

“Ik heb Dylan nooit kwaad berokkend of ook maar iets gedaan dat zou kunnen opgevat worden als misbruik,” vervolgt hij. “Het hele verhaal is van begin tot einde verzonnen.”

Allen geeft wel toe dat hij ooit zijn hoofd op Dylans schoot heeft gelegd. “Dat was echter niet ongepast,” legt hij uit. “We waren in een kamer vol mensen tv aan het kjken.”

Nadat door de MeToo-beweging de beschuldigingen tegen Allen terug onder de aandacht kwamen, kreeg Allens recentste langspeler A Rainy Day in New York geen Amerikaanse bioscooprelease. Allen laat het echter niet aan zijn hart komen.

“Ik droom dat ik een artiest ben wiens werk in eigen land niet gezien wordt en onrechtvaardig gedwongen wordt om zijn heil te zoeken in het buitenland,” schrijft hij.

“Denk maar aan schrijvers als Henry Miller, D.H. Lawrence en James Joyce,” vervolgt hij. “Ik beeld mij in dat ik uitdagend in hun gezelschap vertoef. Meestal word ik op dat moment wakker gemaakt door mijn vrouw omdat ik aan het snurken ben.”

Bron: IndieWire