19.10.2016
Recensie Inferno
“Hoe heet dat ding nu ook weer? Wat je ’s morgens drinkt.”
“Thee?”
“Neen, het andere.”
“Koffie?”
“Ja, dat.”
Wie in een filmschool zo’n dialoogscène rond het thema geheugenverlies inlevert, mag zich aan een nul verwachten. Maar in Hollywood mag je zoiets neerpennen. En in de derde Dan Brown-verfilming is het zelfs heel normaal.
Brown is zo’n schrijver die in zijn boeken een hedendaagse kleuterversie van The Name of the Rose mixt met een Indiana Jones-achtige speurtocht en allerlei toeristische weetjes – wat meteen ook zijn succes verklaart. De banale thrillertrucs, de narratieve kraters en de infantiele dialogen vormen dan weer de keerzijde van de medaille. De weinig veeleisende lezer kan zich er echter helemaal in vinden. Het wordt hem of haar zeer gemakkelijk gemaakt en de brave ziel voelt zich achteraf zelfs een beetje slimmer.
De verfilmingen van de avonturen van cryptograaf Robert Langdon zijn in hetzelfde bedje ziek. De eerste, The Da Vinci Code, blijkt achteraf gezien nog de beste. De acceptabele narratieve constructie kon de absurditeiten en bokkensprongen in het verhaal zeker niet verbergen, maar het concept werkte wel. Bij nummer twee, Angels & Demons, was dat al veel minder het geval. De trucjes werden zeer doorzichtig, de wendingen voelden aan als geforceerde chirurgische ingrepen en de expliciete dialogen waren tenenkrommend.
De verwachtingen voor deel drie, Inferno, waren dus niet bepaald hoog. Maar niets kon ons voorbereiden op de saaie, chaotische troep die terugkerend regisseur Ron Howard serveert. Op zich is het uitgangspunt nog interessant: de niet te stuiten groei van de wereldbevolking dwingt de geschifte wetenschapper-filosoof Bertrand Zobrist (Ben Foster) om de overheden wakker te schudden met een enorme ramp.
Hij wil een virus op de mensheid loslaten, maar wacht op het juiste moment… én op cryptograaf Robert Langdon (opnieuw Tom Hanks, maar dan met een minder opvallend kapsel) die genoeg Wikipedia heeft gelezen om de verschillende aanwijzingen uit Inferno, het eerste deel uit La Divina Commedia van Dante Alighieri, te ontwaren.
Het verhaal start ongeveer in het midden, wanneer Langdon met een hoofdwonde opgenomen wordt in een (zeer strategisch gelegen) ziekenhuis in Firenze. Het tijdelijke geheugenverlies van de protagonist geeft Howard de mogelijkheid om zich te amuseren met Langdons visioenen over Dantes concept van de hel.
Van scenarist David Koepp (Mission: Impossible, Carlito’s Way, Panic Room) zou je verwachten dat hij een beetje moeite had gedaan om de totaal ongeloofwaardige narratief ietwat acceptabel te maken. Toch raakt het scenario kant noch wal, waardoor Inferno een verrassend vervelende bedoening is.
Langdon en zijn sidekick (Felicity Jones) rennen probleemloos door het massief bewaakte Palazzo Vecchio in Firenze om via een tussenstop in Venetië uiteindelijk te belanden in de Basilica Cisterne in Istanboel. En dat terwijl de kijker bestookt wordt met de eerder vermelde visioenen, uitleggerige flashbacks, good guys die plots bad guys blijken te zijn en andersom, en een rommelige race tegen de klok die je inspireert om zelf op je horloge te kijken.
>>Klap
In de derde Dan Brown-verfilming ontcijfert cryptograaf Robert Langdon een helse puzzel die hem een dodelijk virus moet doen vinden. Verwacht je na The Da Vinci Code en Angels & Demons opnieuw aan een toeristische thriller die zowel aanleunt bij The Name of the Rose als bij Indiana Jones.
Regie Ron Howard
Cast Tom Hanks, Felicity Jones, Ben Foster
Speelduur 2u01
Vanaf 19 oktober in de bioscoop