28.10.2019
Groei Kinepolis in België niet langer belemmerd
Het Hof van Beroep van Brussel heeft op 23 oktober 2019 de beslissing van de Belgische Mededingingsautoriteit (BMA) van 25 maart 2019 vernietigd en beslist om de voorwaarde die Kinepolis belemmert om organisch te groeien in België op te heffen. Dit betekent dat Kinepolis geen voorafgaandelijke toestemming meer nodig heeft van de BMA om nieuwe bioscoopcomplexen te openen in haar thuismarkt. Het Hof heeft zich niet uitgesproken over een geschikte overgangsperiode en heeft, voor wat betreft dit punt, de zaak terugverwezen naar de BMA.
Deze uitspraak kadert in een aanslepende procedure waarbij Kinepolis de mededingingsvoorwaarden die werden opgelegd ten tijde van de fusie tussen de groepen Bert en Claeys in 1997 wenste op te heffen. Op 26 april 2018 had het Mededingingscollege al eens besloten om de voorafgaandelijke toestemming voor de oprichting van nieuwe bioscopen op te heffen, mits een overgangsperiode van twee jaar werd gerespecteerd (die normaal zou aflopen op 26 april 2020). Deze beslissing werd echter vernietigd door het Hof van Beroep te Brussel, om procedurele redenen, met als gevolg dat de volledige procedure moest worden overgedaan.
In deze nieuwe procedure had de BMA op 25 maart 2019 beslist om de voorafgaandelijke toestemming nodig voor de oprichting van nieuwe bioscopen slechts gedeeltelijk op te heffen, in die mate dat enkel de opening van nieuwe bioscoopcomplexen met 7 zalen of minder en met 1125 zetels of minder niet langer onderworpen was aan een voorafgaande toestemming van de BMA. Als bijkomende voorwaarde werd gesteld dat nieuwe complexen zich niet binnen een straal van 10 km van een bestaand of nieuw op te richten Kinepolis-complex mochten bevinden. Kinepolis kon zich niet vinden in deze beslissing en is in beroep gegaan wat geresulteerd heeft in voormelde uitspraak van 23 oktober laatstlede.
Eddy Duquenne, CEO Kinepolis Group : “Wij zijn blij met deze uitspraak en rekenen op een redelijke beslissing van de Mededingingsautoriteit wat betreft de overgangsperiode. De BMA heeft in het verleden reeds meermaals beslist tot de opheffing van de voorwaarde inclusief overgangsperiode, onze concurrenten hebben al 22 jaar de tijd gehad om zich hierop voor te bereiden. Ik stel voor dat we met z’n allen onze energie investeren in waar het écht om draait, namelijk de Belgische filmliefhebber en een positieve ontwikkeling van de Belgische bioscoopmarkt.”