Hereditary is op weg om na A Quiet Place de volgende grote horrorhit te worden. De film speelde tot nu toe enkel op festivals, maar toch kreeg regisseur Ari Aster al verschillende aanbiedingen van grote studio’s. Hij hield echter het hoofd koel en wees ze een voor een af.

“Ik ben niet geïnteresseerd,” zei Aster na een screening van Hereditary op het Overlook Film Festival. “Ik heb zelf al zo veel films in gedachten.” Voor zijn volgende is hij reeds op zoek naar locaties. “Het wordt opnieuw een horrorfilm,” zei hij, “maar net als Hereditary zal hij beginnen als iets anders en langzaamaan horror worden.”

Daarna houdt Aster op met horror. Hij wil namelijk niet een vakje gestopt worden. “Ik hoop dat mijn films gelaagd genoeg zijn om mij niet de stempel van horrorregisseur te geven.” Ondanks dat hij zich niet tot het genre wil beperken, kan Aster er zijn ei in kwijt. “Mijn films zijn doorgaans nogal donker,” zei hij. “Bovendien hebben mensen bepaalde verwachtingen bij horrorfilms en daar speel ik graag mee.”

Over commerciële horror is Aster echter niet te spreken. “Ik heb een hekel aan de cynische manier waarop studio’s een formule volgen om zo veel mogelijk geld te verdienen. Het geeft het genre een slechte reputatie.” Hij zal dus niet snel dezelfde stap zetten als Nicolas Pesce die zijn indie-film The Eyes of My Mother zal opvolgen met een remake van The Grudge.

“Ik begrijp wel waarom zo’n regisseurs dat doen,” zei Aster. “Ze hopen op die manier  genoeg invloed te verwerven om hun eigen projecten van de grond te krijgen. Ik heb daar enorm veel bewondering voor, maar zou het zelf niet kunnen.”

Bron: IndieWire