21.09.2014
De Ensors: een verslag
Het Filmfestival van Oostende sloot ook dit jaar af met de uitreiking van de Ensors, de belangrijkste filmprijzen van Vlaanderen. Tijdens het gala in het Kursaal van Oostende groeide Marina van Stijn Coninx, een biopic over Rocco Granata, uit tot de grote overwinnaar. De film won maar liefst zeven prijzen, waaronder die voor Beste Regie en Beste Film.
De Ensors zijn dé filmprijzen die de kwaliteit van de Vlaamse cinema in de verf moeten zetten, en dus was het kruim van onze vaderlandse filmsector afgezakt naar Oostende. De sfeer zat alvast goed op de rode loper voor het Kursaal. “Ik heb geen verwachtingen”, lachte Jürgen Delnaet, genomineerd voor zijn rol in Halfweg. “Ik ben hier enkel om me te amuseren.” Bij Geert Van Rampelberg klonk er meer ambitie: “Ik hoop dat De Behandeling meer dan één prijs wint.”
De spanning werd er voor de aanvang van het gala alleszins goed ingehouden door de juryleden, die vragen naar mogelijke winnaars met een kwinkslag omzeilden. “Mijn favoriet? Mijn ‘papa’ Wim Willaert”, grapte Anemone Valcke. Een topfavoriet die met alle prijzen zou gaan lopen, bleef dus ook vlak voor aanvang van het gala moeilijk te bepalen.
Toch waren er drie films die zich tot de grootste kanshebbers hadden ontpopt: Marina van Stijn Coninx, De Behandeling van Hans Herbots (elk acht nominaties) en Het Vonnis van Jan Verheyen (zeven nominaties). De eerste mag onder meer Luc Dardenne tot zijn fans rekenen, terwijl hoofdacteur Matteo Simoni, dan weer zijn bewondering voor de twee grote concurrenten uitdrukte. Maar ook I’m The Same, I’m Another mag zeker niet vergeten worden. Met vijf nominaties, waaronder Beste Film en Beste Actrice was deze eigenzinnige arthousefilm van Caroline Strubbe een te duchten outsider.
De tegenstand werd echter grotendeels omvergeblazen door Marina, dat vijf van zijn acht nominaties verzilverde en ook met de Telenet Publieksprijs, die wordt bepaald door publieksstemmen, én de Industry Award, die wordt uitgereikt door collega’s uit de filmsector, aan de haal ging.
Veel vollediger wordt een bekroning niet, weet ook regisseur Stijn Coninx, die hees klinkt van de vele overwinningsspeeches. “Ik ben zeer tevreden. De award voor Beste Film, daar zit alles in: daarbij wint iedereen die aan Marina heeft meegewerkt.” Ook Matteo Simoni dus, hoewel het voor Coninx toch een kleine verrassing was dat die de prijs voor Beste Acteur aan Koen De Bouw (voor Het Vonnis) moest laten. “Al acteert Koen De Bouw natuurlijk fantastisch. Maar Matteo doet iets wat zelden gezien is, denk ik, en acteert dan nog deels in een andere taal ook. Bovendien slaat het internationaal ook aan.”
Het mag de pret voor Coninx echter niet drukken. Tijdens zijn dankwoordje benadrukte hij eens te meer hoe sterk hij de concurrentie vond, en het talent van de nieuwe, jonge garde filmmakers stemt hem hoopvol. “Hans Herbots, daar heb ik nog les aan gegeven, en ook aan Bülent (Oztürk, die de prijs voor Beste Kortfilm won) en Douglas (Boswell, wiens Labyrinthus tevens tot de genomineerden behoorde). Er staat nog heel veel talent te wachten voor de toekomst.”
Bij dat talent hoort ook Charlotte De Bruyne. Vorig jaar won ze de prijs voor het Beste Debuut voor haar rol in Little Black Spiders, dit jaar werd ze tot Beste Actrice verkozen voor haar hoofdrol in Flying Home van Dominique Deruddere. Dat haar meer ervaren collega Viviane De Muynck ook voor haar prestatie in Flying Home werd bekroond – zij won de Ensor voor Beste Actrice in een Bijrol – maakte de award extra speciaal: “Viviane is iemand naar wie ik al van kinds af aan op kijk, net zoals Jan Decleir en Josse De Pauw. Om dan met zo’n mensen te mogen samenwerken… Dat is een ongelooflijk geluk dat ik heb gehad. En deze prijs is de kers op de taart.”
Waar er winnaars zijn, zijn er natuurlijk ook verliezers. De grimmige film De Behandeling kon maar één van zijn acht nominaties (die van Beste Acteur in een Bijrol voor Johan Van Assche) verzilveren, en ook de meer artistieke prent I’m The Same, I’m Another moest het met één beeldje stellen. Al liet Caroline Strubbe optekenen dat ze de award voor Beste Muziek wel een mooie bekroning vond: dialogen zijn spaarzaam in haar werk, en ze gebruikt muziek graag als een extra suggestieve kracht. De Ensor voor Albert Markos is dus meer dan een troostprijs.
Het was voor juryvoorzitter Bart De Pauw en zijn collega’s hoe dan ook geen simpele taak om de verschillende winnaars aan te duiden. “Er zijn veel knappe films gemaakt dit jaar, en we moeten niet onderdoen voor gelijk welk ander land”, zegt hij trots. “De Vlaamse film is écht wel volwassen geworden.”
Nog even alle prijzen op een rijtje:
Beste Film: Marina van Stijn Coninx
Beste Regie: Stijn Coninx voor Marina
Beste Scenario: Rik D’Hiet en Stijn Coninx voor Marina
Beste Acteur: Koen De Bouw voor Het Vonnis
Beste Actrice: Charlotte De Bruyne voor Flying Home
Beste Acteur in een Bijrol: Johan Van Assche voor De Behandeling
Beste Actrice in een Bijrol: Viviane De Muynck voor Flying Home
Beste Director of Photography: Frank Van den Eeden voor Het Vonnis
Beste Montage: Philippe Ravoet voor Het Vonnis
Beste Muziek: Albert Markos voor I’m The Same, I’m Another
Beste Kostuums: Catherine Marchand voor Marina
Beste Art Direction: Hubert Pouille voor Marina
Beste Documentaire: What About Eric? van Lennart Stuyck en Ruben Vermeersch
Beste Kortfilm – Fictie: Houses With Small Windows van Bülent Oztürk
Beste Kortfilm – Animatie: Mia van Wouter Bongaerts
Beste Coproductie: Deux Jours, Une Nuit van Jean-Pierre en Luc Dardenne
Beste Debuut: acteur Spencer Bogaert voor zijn rol in Labyrinthus
Industry Award: Marina van Stijn Coninx
Telenet Publieksprijs: Marina van Stijn Coninx
Vlaamse Cultuurprijs voor Cinema: Frank Van den Eeden
De jury bestond dit jaar uit Bart De Pauw, Dries Phlypo, Erik Van Looy, Christophe Dirickx, Stijn Van der Veken, Kristin Van Passel, Tom Van Dyck, Stefaan Werbrouck, Geike Arnaert en Anemone Valcke.