18.12.2017
Christopher Plummer weigerde Kevin Spacey-footage te bekijken tijdens All the Money in the World-reshoots
Christopher Plummer, de acteur die Kevin Spacey op het laatste moment verving als J. Paul Getty in All the Money in the World, vertelde recent over zijn samenwerking met regisseur Ridley Scott aan het kidnappingsdrama.
“Ik stond op het punt naar Florida op vakantie te gaan toen ik met Ridley afsprak in New York,” vertelde de 88-jarige acteur over hun eerste ontmoeting. “Hij wist mij in te pakken met zijn uitzonderlijk gevoel voor humor. Ik wilde al langer met hem werken en dit was een geweldige kans. Ik zei hem dat ik het script eerst wilde lezen, maar eigenlijk wist ik al dat ik het sowieso ging doen. Dat zonnekloppen was ik al lang vergeten.”
De acteur ging op zijn manier om met het feit dat hij weinig tijd had om zich voor te bereiden: “Ik heb weinig research gedaan over mijn personage. Ik volgde het script, Ridleys suggesties en mijn eigen verbeelding. Ik probeerde zoals hem te bewegen en te praten. De kostuums hielpen ook enorm.”
Hoewel Scott aanbood om Spaceys footage te tonen, weigerde Plummer beleefd: “Dat had me niet geholpen. Als je in het theater iemand gaat vervangen, kan je hem beter niet aan het werk zien. Dat was in dit geval ook zo geweest. Dergelijke input werkt averechts als je je de rol echt eigen wil maken.”
“Ik stond onder druk omdat het op negen dagen moest gebeuren,” zei de acteur over de strakke planning. “Maar ik lig nog lang niet onder de grond: ik ben nog altijd ambitieus en neem graag risico’s, We filmden de moeilijkste scènes eerst. Ridley is een van onze beste regisseurs. Hij weet hoe hij een scène gaat monteren, nog voordat hij een voet op de set heeft gezet. Daardoor verloren we niet teveel tijd met overbodige takes.”
De rol leverde Plummer alvast een Golden Globe-nominatie op: “Ik was verbaasd toen ik dat hoorde, want ik had de film zelf nog niet gezien. Nu ga ik eindelijk op vakantie, behalve als er iemand ergens van een dak valt. Dan zullen zij mij wel weer bellen.”
Bron: THR