15.05.2016
#Cannes2016: Blog 4 – Dolle Duitsers
In het kader van de voortdurende actie ‘Hoe minder vooroordelen, hoe beter’ kan ik met de nodige trots melden dat er weer eentje gesneuveld is: Duitsers en humor, dat gaat wel degelijk samen. Het sprekende bewijs werd geleverd door mevrouw Maren Ade, auteur van de competitiefilm Toni Erdmann.
De film is het verhaal van Winfried, een onverbeterlijke practical joker die gescheiden leeft en al jaren het contact met zijn dochter Ines heeft zien verwateren. Ines woont en werkt in Boekarest voor een Duits consultancykantoor waarvoor ze de herstructurering van een oliebedrijf in goede banen moet leiden. Die chique baan gaat echter gepaard met een hoop stress en Winfried voelt dat het niet zo goed gaat met Ines. Om haar terug op het juiste spoor te krijgen, roept de man een alter ego in het leven: de bizarre zakenman Toni Erdmann.
Toni Erdmann werd intussen opgekocht door een Belgische filmverdeler, wat betekent dat je hem binnen afzienbare tijd zelf in de zalen kan ontdekken. Voor zijn visuele vertelkracht zal het niet zijn, want mevrouw Ade beperkt zich tot een stijl die op het kleine scherm niets van zijn impact verliest. Het doet echter niets af van de slimme humor die ze opdient. Toni Erdmann bevat een handvol scènes — de verrijkte petit fours, de eerste verschijning van Toni, de Whitney Houston-performance, het uitgeklede verjaardagsfeestje — die je moet zien om te geloven. Je kan trouwens niet om de geweldige vertolking van Sandra Hüller heen, die in de rol van Ines elke vorm van gêne laat varen.
Voor de volledigheid ook nog eens kort de andere oogst van de dag op een rijtje. La pazza gioia is een Italiaanse kruising tussen Once Flew Over the Cuckoo’s Nest en Thelma & Louise, een mix die zowaar nog werkt ook. Steven Spielberg heeft zijn Roald Dahl-verfilming The BFG overduidelijk voor zijn kleinkinderen gemaakt en koos met Mark Rylance in elk geval de juiste acteur voor de rol van de Grote Vriendelijke Reus. Anderzijds voelt de digitale animatie te veel aan als Tintin Revisited om echt te overtuigen. En Andrea Arnold was zeer abuis toen ze ervan uitging dat haar — op zich knappe — road movie American Honey best wel twee uur en drie kwartier waard was.
Over het verrassende vampierverhaal The Transfiguration weet ik morgen meer te vertellen, als ik met regisseur Michael O’Shea aan tafel heb gezeten.