04.09.2021
Denis Villeneuve openhartig over Dune-thema’s en -inspiratiebronnen
Denis Villeneuve heeft tijdens het filmfestival van Venetië uitgebreid verteld over zijn verfilming van Frank Herberts scifiroman Dune. Zo gaat hij in op de kritiek dat het hoofdpersonage Paul Atreides (Timothée Chalamet) een ‘witte redder’ is.
Paul komt in het boek namelijk over als de uitverkorene die de bevolking van de woestijnplaneet Arrakis aka Dune gaat redden. “De film uit zelf kritiek op het idee dat iemand een ander volk oplegt hoe het zich moet gedragen en waar het in moet geloven,” zegt Villeneuve. “In die zin is het een relevant en hedendaags verhaal.”
Verder gaf Villeneuve production designer Patrice Vermette en zijn team de opdracht om zich voor de look van Dune niet te laten beïnvloeden door bestaande scifi. “Ik vroeg hen om het internet zoveel mogelijk te mijden, maar te mediteren en te dromen,” zegt de regisseur. “Ik wilde dat de film aan onze eigen verbeelding ontsproot.”
Bovenal probeerde Villeneuve zich te laten inspireren door de natuur. “Toen ik de eerste Star Wars-film zag in 1977 waren mijn favoriete scènes diegene die het natuurlijkst aanvoelden,” zegt hij. “Denk maar aan de scène met R2-D2 en C-3PO in de woestijn.”
Villeneuve voegt eraan toe dat hij Dune benaderde als een documentaire en dat hij zijn fascinatie voor de natuur te danken heeft aan zijn grootmoeder. “Ze leerde me om me elke dag te laten betoveren door de natuur,” zegt hij.
“Ze zei ook dat ze elke dag bad in haar tuin om dichter bij de planten en de natuur te zijn,” vervolgt hij. “Volgens haar schuilde daarin de kracht van God. Haar pure en spirituele relatie met de natuur heeft me als kind betoverd.”
Daarnaast is Dune ook beïnvloed door Villeneuves vorige films zoals Incendies, Enemy, Arrival en Blade Runner 2049. “Dune is een opeenstapeling van al mijn kennis en ervaringen,” zegt de regisseur. “Het is een soort selfie en mijn meest persoonlijkste film.”
Villeneuves fascinatie met de natuur komt ook tot uiting in het ontwerp van de zandwormen, gigantische wezens die op Arrakis wonen. “We wilden de wormen zo echt, logisch en realistisch mogelijk maken,” zegt hij.
“We vroegen ons af hoe zo’n wezens onder het zand kon leven en heel snel evolueren en wat voor soort huid ze zouden hebben,” vervolgt hij. “Patrice probeerde als een bioloog het gedrag van zandwormen te begrijpen en erachter te komen hoe ze konden overleven in een woestijnomgeving.”
De regisseur vond dat de zandwormen het gevoel moesten oproepen dat je naast een walvis of een groot paard staat. “Je moest het idee krijgen dat het intelligente wezens zijn die je niet kan begrijpen,” zegt hij. “Ze moesten er ook als goden uitzien en een soort heiligheid uitstralen.”