Vertigo

Een duizelingwekkende dosis cinema

Vertigo

22.03.2015

Vertigo op Offscreen: Blog 4

door Ewoud Ceulemans

Als er één plaats is waar oud en jong filmtalent samenkomen, is het wel een filmfestival. Zo ook op Offscreen. Naast de aanwezigheid van eregast Tobe Hooper en een uitgebreid aanbod aan cultklassiekers heeft de organisatie ook oog voor jong, aanstormend geweld, dat in veel gevallen net van de schoolbanken komt. Tijdens Shortscreen, een avond gewijd aan kortfilms, kwamen jeugdige cineasten hun werk voorstellen. Zeven vormelijk uiterst verschillende filmpjes – zowel animatie als live action en van zeven tot vierentwintig minuten lang – kreeg het publiek voorgeschoteld, gevolgd door babbeltjes met hun regisseurs.

Nu is er een reden waarom het predicaat ‘jong’ vaak met ‘onbezonnen’ samengaat: de kortfilms die hier worden vertoond zijn vaak nog erg ruwe diamanten. Zo heeft de pas afgestudeerde Thijs De Block met In de naam van de kater een erg interessante, maar nog niet perfecte twintig minuten op het scherm getoverd. Hij haalt Roy Andersson (A Pigeon Sat on a Branch Reflecting on Existence), Aki Kaurismäki (Ariel) en Jaco van Dormael (Toto le héros) aan als voorbeelden en dat valt te begrijpen.

Dit gortdroog, metafysisch filmpje, met Flor Decleir (inderdaad, familie van Jan, Reinhilde, Sofie en Jenne) in de hoofdrol, steunt op een tof concept dat slim wordt uitgewerkt en knap in beeld gebracht. Thijs De Block wéét waar hij z’n camera moet zetten. Maar aan de dialogen en de acteursregie kan nog gesleuteld worden. Nu bleven conversaties vaak stroef en haalden ze het tempo uit de bizarre film.

Even bizar was Deep Space, een zeven minuten durend animatiefilmpje van Bruno Tondeur, waarin een astronaut op zoek gaat naar intelligent leven in een uithoek van het heelal. Klinkt spannend, maar het wordt nog opwindender wanneer de protagonist zich wel heel eenzaam begint te voelen en de plot een licht pornografische wending neemt. Plots doet de titel erg veel denken aan Deep Throat.

Van porno naar zondaressen, het is een kleine stap. De prachtige animatie waarmee Gerlando Infuso in Les Pécheresses het verhaal vertelt van drie zogenaamd ‘zondige’ vrouwen, vormde zonder twijfel het vroege hoogtepunt van de avond. Infuso beschikt over een scherp oog voor detail, gevoel voor ritme en montage, en het talent om drie tijdlijnen op schitterende wijze door elkaar te weven. Begin maar al af te tellen naar zijn langspeeldebuut!

De andere topper die Shortscreen in petto had, werd geleverd door Alidor Dolfing, die met Wien For Life een kolderieke kortfilm heeft gemaakt over een winnend lottoticketje in de Westhoek. Dat ticketje zaait verdeeldheid tussen vier uit West-Vlaamse klei opgetrokken personages (Wim Willaert, Mieke Dobbels, Jan Hammenecker en Thomas Ryckewaert), die in het winnend lot allemaal een kans zien om in hun eentje naar het exotische Surabaya te vertrekken. Het resultaat is een absurde klucht, maar ze is zo vinnig geschreven en geregisseerd dat ze nooit belachelijk wordt. Zulke kwaliteiten zijn een zeldzaamheid in een land waar Urbanus nog steeds als de vader aller komieken wordt beschouwd.

Maar goed, ik wil van de gelegenheid ook even gebruik maken om terug te grijpen naar de klassiekers die op Offscreen worden vertoond. De absolute apotheose daarvan was de vertoning van het briljante, geweldige en fantastische The Texas Chain Saw Massacre. De grote zaal van Bozar, die haast volledig gevuld was met slasherfanatici, lijkt een iets té chique locatie voor een gruwelijke en groezelige prent als deze, maar dat kon de pret niet drukken. Zodra de vertelstem “De meest gruwelijke en bizarre misdaad in de Amerikaanse geschiedenis” aankondigt, waan je je in een donkere cinema, in een of andere uithoek in het Texas van de jaren zeventig. Wanneer de titel op het scherm verschijnt, wordt er uitgebreid geapplaudisseerd en geeft iedereen zich over aan tachtig minuten brutale horror.

Het is zonder meer indrukwekkend hoe goed Hoopers klassieker vandaag de dag nog werkt. In deze nieuwe, geremasterde versie beleef je de avonturen van Sally Hardesty (Marilyn Burns) en haar hippievriendjes op een bijzonder intense manier. De dissonante soundtrack staat erg luid, maar zo hoort dat ook bij een film als deze. Je krijgt er de kriebels van, je begint ongemakkelijk heen en weer te schuiven, en voor je ’t goed en wel beseft, hangt een lompe reus met een masker van mensenhuid iemand aan een vleeshaak. Nu ja, je denkt dat je dat ziet: Hooper speelt feilloos met de kracht van de suggestie. En de broeierige, grauwe, onfrisse sfeer dompelt je onder in de wreedheid van de inmiddels beruchte kannibalenfamilie.

Voor de vertoning vraagt Hooper aan het publiek wie de film heeft gezien: zowat iedereen, waaronder ikzelf, steekt zijn hand op. Dan vraagt hij wie de film al op groot scherm heeft gezien: dat zijn maar een stuk of vijf toeschouwers. Hooper grijnst. Na de screening begrijp ik waarom: je hebt The Texas Chain Saw Massacre pas echt gezien in de bioscoop.

Na de voorstelling beantwoordde een goedlachse Hooper vragen uit het publiek. Vaak op automatische piloot, met anekdotes die hij ook in interviews bovenhaalt of in zijn masterclass van vorige week vertelde. Tot er iemand een vraag stelt die niemand zag aankomen: wat gebeurt er eigenlijk met de zwarte truckdriver die Leatherface tegenhoudt in de slotscène? Stof tot nadenken, me dunkt. Maar eerst nog even genieten van de horrorroes.

@Ewoud51